Hans Landsaat

Schilderijen - Tekeningen - Grafiek

Home Terug / Back

Water, zand en rotsen

Kijkende rots (1995) Kijkende rots (1992) Het reizen loutert Hans Landsaat. Tot in de jaren tachtig van de 20ste eeuw was het werk van Landsaat enigszins gestileerd en gecontroleerd. Dit veranderde toen Hans het overweldigende Australische landschap ervoer en daarna vrijer is gaan werken en de emoties een grotere plaats in zijn werk kregen, aldus Rob Perrée (zie "De kunst van de twijfel").
Franz K. - 9 Het Proces     Nemen de kunstenaar en zijn publiek dan afstand van het vroegere werk? Allerminst, onlangs nog werden er door het prentenkabinet van de Universiteit te Leiden negentien zeefdrukken uit 1975 aangekocht die geïnspireerd zijn op het werk van Franz Kafka. Het zijn geen illustraties, legt conservator Eva Vreeburg uit, maar de samenvattende beelden in de zeefdrukken roepen wel de sfeer van de vertellingen op (zie "Grafiek van Hans Landsaat").
    Hans zelf brengt geen scheiding aan in de tijd en zegt: "Ik begon te schilderen. En hoever mijn werk zich soms ook verwijderde van het direct waarneembare, het contact met de werkelijkheid verloor het nooit. Wat wij zien is echter slechts één van de vele facetten van de oneindige waarheid, die we waarschijnlijk nooit zullen kunnen bevatten." Hij daagt de waarheid uit zoals zichtbaar in de leporello Achterwaarts reizen. Ter verduidelijking vertrouwde hij Margriet Kruyver toe: "Achterwaarts reizen geeft je de mogelijkheid om iets te pikken uit dat wat je ziet en te volgen, totdat je het langzaam ziet verdwijnen aan de horizon. Het leven zelf is eigenlijk een reis die achterwaarts verloopt. Je weet tevoren nooit wat er gebeurt en met terugwerkende kracht pas kun je alles overzien." (Zie "Achterwaarts reizen".)

Achterwaarts reizen - leporello

Geboren in 1935, groeide Hans Landsaat op in Amsterdam-Zuid, dichtbij het prominent aanwezige Olympisch Stadion uit 1928. Het kan niet anders of het bouwwerk aan de rand van de stad moet voor de visueel ingestelde jonge Hans een baken zijn geweest. Dat verhinderde hem echter niet zijn horizon verder te laten reiken dan de betonnen wanden van de kolos.
    Twee grote gebeurtenissen zouden zijn leven al snel gaan beheersen: dat was de dood van zijn vader, toen hij vier jaar oud was en het uitbreken van de oorlog in 1940, die er vrijwel mee samen viel. Aanvankelijk bleef Hans met zijn moeder en oudere zuster achter, hoewel zijn moeder de onzichtbare aanwezigheid van zijn vader levendig hield. Na 1942 werd het pas echt vol in het huis aan de Amsterdamse Herculesstraat, toen er veel van zijn geëvacueerde Zeeuwse familieleden bij hen introkken. Als het hem te druk werd thuis, nam hij de benen: wandelen, lopen, de stadsrand opzoeken, naar het zandland aan het einde van de stad waar eens het stadsdeel Buitenveldert zou komen, naar de andere kant van de Amstelveenseweg waar het water van de Schinkel met zijn piepkleine sluisjes het beeld bepaalde. Het halflandelijk gebied achter het stadion van architect Jan Wils, waar Hans zijn verkenningen deed, leek toen oneindig groot.
Voorbijgangers (1969)     Na de lagere school ging Hans naar het Hervormd Lyceum en vervolgde zijn opleiding aan de Gerrit Rietveld Academie, die toen nog de Amsterdamse Kunstnijverheidschool heette. Hij specialiseerde zich in de grafische vormgeving, een kunstvorm die hij –naast de andere kunstvormen- altijd trouw zou blijven. Hans koos overigens niet meteen voor het vrije beroep van kunstenaar, maar begon zijn werkzaamheden in dienstverband. Schilderen deed hij ook. In het vroege werk uit de jaren zestig van de 20ste eeuw is de menselijke figuur nog prominent aanwezig. Later wordt er een spel gespeeld met een enkel vergroot detail, soms beeldvullend en soms over twee of drie beeldvlakken verdeeld.

Eind jaren vijftig van de 20ste eeuw trouwde Hans met zijn jeugdliefde, Tineke en kreeg twee zoons en een dochter. In 1978 ontmoette hij Joanne, zijn nieuwe levenspartner. Met haar deelt hij de behoefte of -zo je wilt- de noodzaak om te reizen. Of in Hans’ woorden om "het onbekende te leren kennen, om in het onbekende verwantschap te ontdekken met het bekende." Het verlangen van Hans naar onbekende landschappen past goed bij het heimwee van Joanne naar Australië waar ze opgroeide. Het duurde overigens wel even voordat de aan Europa gebonden kunstenaar zich gewonnen gaf en meeging naar het vijfde werelddeel. Derby Pier Squared Cahier(1998)Het resultaat is er naar, zoals blijkt uit het oeuvre dat van 1988 tot 2000 vrijwel uitsluitend is geïnspireerd door dit verre land. De pier van Derby in het noordwesten van Australië, als eindpunt van de wereld, vormde een hoogtepunt op één van de reizen. De herinnering bleef en toen het idee geboren werd om een kleine uitgeverij voor bibliofiele uitgaven in het leven te roepen, was de naam snel bedacht. En zo zijn de kunstenaars Jan van der Pol, Henri Plaat, Mareike Geys en anderen, die gevraagd werd een exclusief boek of iets anders te maken, voor eeuwig verbonden met een pier waarop de zon dramatisch ondergaat. In 1998 ontstond, op initiatief van John Loose, bij wijze van hommage een zesde uitgave, de bundel Derby Pier Squared Cahier, waarin Hans en Joanne een aantal teksten en foto’s van en over de pier publiceerden.

Aan de Schelde (detail), 1998-2000 Aan de Schelde (1998-2000) Na 2000 krijgen de bekende Zeeuwse landschappen, die Hans door en door kent, weer een plaats in zijn werk.
    Het mag duidelijk zijn dat Hans zijn publiek en collega’s royaal deelgenoot maakt van zijn impressies. En behalve beeldend kunstenaar is hij ook een begenadigd verteller over vooral bizarre menselijke situaties waarin hij dichtbij of ver van huis verzeild raakte. Taklamakan 6 - penseeltekening, 2007 In zijn mededelingen op papier en doek, die tijdens en na zijn reizen ontstonden, is echter geen plaats meer voor de menselijke figuur. De zwart/wit notities, die hij maakte naar aanleiding van zijn reis naar China in 2007, associeer je eerder met tekens, dan met een tekening. In de polychrome penseeltekeningen en schilderijen uit die tijd, is hij iets mededeelzamer.
    Hij beheerst de kunst van het weglaten als geen ander en tegelijk is er sprake van uitbundigheid. Wat hij met ons wil delen is het gevoel opgenomen te zijn in de natuur, een kosmische ervaring. En natuurlijk is er in dit recente werk een plaats ingeruimd voor het onbekende bekende, met een verwijzing naar de rijke Chinese cultuur, die we kennen door de prentkunst, de beeldhouwkunst en de kalligrafie. Een trap in de bergen - aquarel (2007) De dood, het licht (1997) Maar ook zijn eerdere ervaringen in Australië zorgden ervoor, dat we niet alleen het landschap leerden kennen, maar tevens een glimp opvingen van de mythische wereld van de aboriginals door middel van een wat verfrommeld embryo-achtig figuurtje dat hier en daar opduikt. Het beeld, dat al eerder in zijn werk voorkwam, dook voor het eerst op vanuit een herinnering aan de begrafenisauto van zijn vader; Het jongetje, dat net boven de vensterbank uitkwam, zag door een kiertje van de dichtgetrokken gordijnen de kist in de auto langs rijden. En ook hier lijkt de mantra, om in het onbekende het bekende te vinden, van toepassing.

De indrukken die Hans opdeed en opdoet, legt hij vast in kleine schetsboekjes en terug in zijn atelier vormen die de goudmijn van ideeën, waar hij telkens uit kan putten voor zijn werk, weet galeriehoudster Josine Bokhoven ons nog te vertellen.
    Hoe Hans observeert, leest en daarna zijn gedachten in beelden omzet, is ook af te leiden uit de boeken, waarin hij op een gedicht of proza reageert met een tekening. Of andersom, als hij een tekst zoekt bij een van zijn eigen notities.
    En dan zijn er nog de verhalen die hij aan zijn vrienden vertelt, bij voorbeeld dat van het tangoconcert in het Amsterdamse Carré. Mooi spel en een virtuoze pianist, maar die arm was het meest fascinerende. Het bleek dat Hans al vanaf het begin geobsedeerd was door de rechterarm van de beroemde pianist, die in zijn ogen buitensporig lang was. Hij vertelde het met veel versieringen en ik zag het voor me, de manier waarop de vingers de lage registers in een razend tempo probeerden te bereiken. Stel dat …, nee, Hans bracht het niet in beeld, maar het had gekund: een horizontale streep met rechts daarvan een paar vormen die aan toetsen doen denken. Wat voor kleur zou hij die toetsen gegeven hebben? Een vurig rood dat associaties oproept met de tango?

Koos Levy - van Halm
september 2009

naar het begin